Hospiteeravond

1.

“Ik heb geen interesse in je hobby’s.” Het stond er letterlijk, dus mijn reactie was zo zakelijk mogelijk. Hierbij reageer ik op je advertentie op Kamernet.nl. In bijlage mijn bewijs van inschrijving aan de hogeschool. Ik hoop dat ik word uitgeno Alvast bedankt voor je reactie.
De dinsdagavond erop fiets ik door de regen naar de Mgr van de Weteringstraat 106. Waar dat precies is, wordt me al gauw duidelijk door de rij voor de deur. Een onbekende laat me schuilen onder haar paraplu. De deur zwaait open en een studente in een fluffy, witte trui vraagt: “Zijn jullie de 19.40 groep?”
Één iemand blijft buiten terwijl de studente ons voorgaat in het huis en ons rondleidt langs de keuken, de badkamer, en langs twee gesloten deuren waarachter een Merel en een Linde wonen, de trap op, langs een derde gesloten deur (“Dit ben ik, Daan”) richting een kamer van acht vierkante meter onder een schuin dak. Ik ga als eerste naar binnen, samen met mijn nieuwe vriendin. We kijken rond, schatten in, knikken, en schuifelen een ingewikkelde dans over de overloop om plaats te maken voor de volgende twee.
“Zijn er nog vragen,” zegt Daan, terwijl ze één keer in haar handen klapt.
“De huur, was die inclusief internet en te-”
“Staat allemaal in de mail die je hebt gekregen.”
We volgen Daan de trap af. Ze klopt aan bij Linde.
“Doe jij de 19.50 groep?” vraagt Daan. “Ik moet naar yoga.”
Via de halfopen deur vang ik een glimp op van hoge ramen met lichte gordijnen, een volle boekenkast, een tweepersoonsbed.
Weer buiten, bij het fietsenrek, neem ik afscheid van mijn parapluvriendin. Ze vraagt me wat ik ervan vond, maar voor ik kan antwoorden wordt naast me bruut een fiets uit het rek getrokken.
“Blijven jullie hier niet te lang staan, dames?” zegt Daan. “Wij hebben buren.” Ze groet ons en fietst weg op haar racefiets, haar yogamat op de rug.
Drie weken later krijg ik een mail dat ik het niet ben geworden. Er was geen klik.

2.

“Maak het jezelf gemakkelijk. Ik kom eraan. Wil je ook een wijntje?”

“Zo. Nou, laten we met jou beginnen. Vertel maar eens iets over jezelf.”

“Wat je wil. Leeftijd, studie, hobby’s… wat je dromen zijn in het leven, je ambities; je favoriete dichter, filosoof; vriendjes, of misschien, vriendinnetjes… Hm, maar ik schat jou meer in als het type voor vriendjes.”

“Jazéker komen er ook nog anderen. Zo speciaal ben jij niet hoor. Dat ik jou als enige zou hebben uitgekozen, dat zou nog eens wat zijn, hè?”

“Is allemaal een grapje, hè? Moet kunnen. Maar, om op je vraag terug te komen, er zijn zéker ook andere gegadigden. Die komen morgen en overmorgen.”

“Nee, ik moet eerst een ander peertje kopen want dat wat erin zit is veel te fel. Ik móést wel kaarsjes aansteken anders zat je hier in een soort Turkse showroom. Of vind je dat prettiger? In zo’n volle bak TL? Want dat kan hoor. Als jij je er zó ongemakkelijk bij voelt?”

“O gelukkig. Ik dacht al, en jij wilt met huisgenoten wonen? Suc-ces…! Allemaal een grapje hè? Ik ben gewoon een beetje… speels. Je moet het niet te serieus nemen. Dus. Vertel me dan nu eindelijk maar eens iets over jezelf. Dan heb ik in elk geval de avond niet voor niets vrijgehouden.”

3.

We zaten in een halve kring, elk van ons op een stoel, de bewoonsters onderuitgezakt op de driepersoons leren bank. “Ik weet iets! Ik weet iets!” riep af en toe een van de bewoonsters, en dan volgde steevast een vraag over soa’s of shotjes of wie je zou doen. Van de studenten op de stoelen was er één die steeds met ze meegierde en het werd me ineens duidelijk dat zij de kamer al had. Wij zaten daar enkel als opvulling. Als entertainment. Wat me nooit duidelijk is geworden, is waarom ik toch bleef proberen om de leukste antwoorden te geven.

Op Shortreads.nl verschijnt elke werkdag een verhaal gebaseerd op de actualiteit.